Als het gaat om bedrijfsruimte(grond) zien wij nog steeds een stabiele vraag van gebruikers hetgeen zorgt voor nog steeds doorstijgende koopprijzen. De gemiddelde huurprijzen voor bedrijfsruimte stijgen minder hard dan de koopprijzen. Wij denken dat dit veroorzaakt wordt door het relatief hoge eigen vermogen van de gebruikers/ kopers. In het gedrag van de kopers zien wij ook een verschuiving ten opzichte van een jaar geleden. Door de gestegen rente en gewijzigde regelgeving omtrent box 3 zien wij beleggers vaker afhaken en wordt de markt afhankelijker van gebruikers. Als gevolg hiervan zien wij dat het aantal zoekers afneemt. Tot slot zien wij dat kleine bedrijfsruimten steeds vaker worden opgekocht door voormalige woningbeleggers. Hetgeen weer een verdere opwaartse druk veroorzaakt op de koopprijs.
Bij kantoorruimten is er nog steeds weinig vraag in zowel koop als huur. Sinds 2007 neemt de vraag naar kantoorruimten jaarlijks af. Ondanks dat er de afgelopen vijf jaar veel kantoorruimte gesloopt en getransformeerd zijn blijft er te veel aanbod ten opzichte van de vraag waardoor huurprijzen al vijftien jaar nominaal niet stijgen. Doordat de servicekosten per vierkante meter nog steeds hoog zijn (verhoogd door hoge energielasten) is er nog minder ruimte voor huurprijzen om te stijgen.
Hoewel de vraag naar winkelruimte verminderd is, is het aanbod redelijk gelijk gebleven. Grotere filiaalbedrijven zetten in op heronderhandelingen waardoor de huurprijzen flink onder druk komen te staan. Veel eigenaren hebben te maken met leegstand of verborgen leegstand (tijdelijke huurcontracten verhullen leegstand). Mocht de begane grond ook getransformeerd kunnen worden naar wonen, is dat bijna altijd het beste voor de waarde om te doen.
De vraag naar huurwoningen is nog steeds groot en goed. Eigenlijk is nog moeilijk te bepalen waar de piek van vierkante meter prijzen ligt. Het aanbod van huurwoningen < 70 m2 loopt terug door het zogenoemde stapeleffect; een veel hogere en waarschijnlijk een doorstijgende rente, box 3 belastingverhoging, hogere overdrachtsbelasting, hogere onderhoudskosten, hard stijgende WOZ-waardes en het vervallen van de leegwaarderatio zijn hier voorbeelden van.